Raffineren betekent schoonmaken en filteren. Onze fabrieken raffineren en verwerken plantaardige oliën en vetten waarna deze door levensmiddelenfabrikanten gebruikt kunnen worden als veilig ingrediënt in voedingsmiddelen. Onze vetten worden gebruikt in een breed scala aan producten; het zorgt voor het kraken van een koekje, bepaalt hoe chocolade wegsmelt of juist hard blijft, bakt frietjes knapperig en goudbruin, en geeft zuigelingenvoeding de energie die opgroeiende babies nodig hebben. Al deze vetten zijn verschillend. In onze fabriek in Wormerveer maken we meer dan 300 verschillende olie en vet ingrediënten.
Het raffineren gebeurt op hoge temperatuur; de olie wordt in een vacuüm gekookt om vuil te verwijderen. Dit kost energie. Bij het bouwen van onze nieuwe fabriek maken we efficiënte keuzes zodat energieverbruik en uitstoot zo laag mogelijk zijn. Duurzame besluiten staan centraal; we wegen zowel economische, sociale als klimaatbelangen mee en geloven dat we door deze aanpak op een duurzame manier bijdragen aan onze economie, de maatschappij en het milieu.
Op deze pagina vind je informatie hoe we onze nieuwe fabriek inrichten en welke gevolgen de verhuizing heeft voor het woongenot van Zaankanters, werkgelegenheid en klimaat. Als je vragen hebt, vind je onderaan de pagina de ingang naar onze medewerkers die dit project leiden.
Onze twee fabrieken in Wormerveer en Rotterdam Maasvlakte worden samengevoegd op één nieuwe productielokatie in de Port of Amsterdam. Geografisch ligt dit in het havengebied van Zaanstad, in de buurt van de nieuwe gevangenis. In de haven wonen geen mensen, terwijl dit bij onze huidige fabriek in Wormerveer juist een belangrijk knelpunt is: tijdens het lossen van de schepen maken de scheepspompen geluid, waar de omwonenden hinder van kunnen ondervinden. En tijdens het raffineren worden vrije vetzuren uit het vet verwijderd. Tenslotte wordt de schoongemaakte olie in vrachtwagens vervoerd naar de voedselproducenten. Deze vrachtwagens bereiken vanuit de haven de oprit Zaandam Zuid waardoor de Provincialeweg en de dichtbevolkte woonwijken tussen Koog en Wormerveer ontlast worden. De verhuizing zal naar verwachting het woongenot van veel Zaankanters verbeteren.
Tot 40% minder afvalwater
Onze fabriek heeft energie maar ook water nodig om de vetten te raffineren. Tijdens de productie houden we afvalwater over. Doordat we al meer dan 100 jaar vetverwerkingskennis hebben kunnen we in onze nieuwe fabriek de processen zodanig inrichten dat we circa 40% minder afvalwater gaan produceren. Daarnaast installeren we een nieuwe waterzuiveringsinstallatie waarin het restwater door bacteriën die graag vetzuren lusten op een biologische manier gezuiverd worden.
Tot 10% minder afvalstoffen
Een natuurlijk filter waar we de olie mee reinigen is 'bleekaarde'. Dit is heel lichte klei met een fijne structuur die vetzuren absorbeert die in de olie voorkomt. Door de opzet van de raffinage heeft de productie in de nieuwe fabriek circa 10% minder bleekaarde nodig.
40% minder energie nodig
Op dit moment vormt gas de belangrijkste energiebron, maar omdat de afhankelijkheid van gas onwenselijk is maken we onze nieuwe fabriek geschikt voor drie verschillende soorten energie: gas, vloeibare biomassa, elektra en waterstof. Dit gebeurt door multi-boilers te installeren waarmee we zonder de productie te onderbreken kunnen schakelen tussen de verschillende energiebronnen. En doordat we een splinternieuwe fabriek bouwen kunnen we de processen zo op elkaar afstemmen dat er minder warmteverlies en meer efficiëntie behaald kan worden. Door de betere isolatie van leidingen en opslagtanks (alles staat 'binnen'), doordat verschillende processen slimmer naast elkaar gezet worden, en door het hergebruiken van restwarmte op verschillende plekken, hebben we straks 40% minder energie nodig dan vandaag. Bovendien zullen we groene energie inkopen voor het restant.
Waterstof ambitie, 90% minder CO2 uitstoot
Naast een standaard gas aansluiting installeren we warmtepompen om restwarmte te recyclen, zonnepanelen om duurzame energie te gebruiken, en we onderzoeken samen met andere bedrijven in het havengebied of windenergie een optie is. Maar onze meest impactvolle ambitie is om zo snel als mogelijk onze energie voornamelijk uit waterstof te halen. We zijn uitgenodigd bij de gesprekken van de 'Versnellingstafel Waterstof Amsterdam Noordzeekanaalgebied' en zodra de zogenaamde waterstofbackbone aangelegd is zullen wij een van de eerste afnemers zijn.
Onze doelstelling is om in 2030 90% minder CO2 uit te stoten dan we vandaag doen met onze huidige fabrieken.
Minder transport nodig
Daarnaast zorgt het samenvoegen van onze twee fabrieken op één locatie ervoor dat er geen transport tussen onze fabrieken in Wormerveer en Rotterdam meer nodig is; alles kan door pijpen naar een ander productieproces worden verplaatst, zonder dat er geladen, getransporteerd en gelost hoeft te worden. Dit zorgt voor een grote efficiëntieslag.
Minder geur
Tenslotte een manier om ervoor te zorgen dat passanten minder merken dat wij vet schoonmaken in onze raffinaderij. De vrije vetzuren die uit de vetten worden gehaald zijn niet schadelijk voor de gezondheid. Maar omdat ze ook niet aangenaam ruiken plaatsen we in de nieuwe fabriek speciale elektrische filters in de vacuüm kookketels die de vetzuren neutraliseren en al afvangen tijdens de raffinage zodat buiten het pand de geur minder waargenomen zal worden.
Met deze cijfers promoveert deze fabriek tot één van de schoonste fabrieken in zijn soort!
De nieuwe fabriek wordt een hypermoderne faciliteit die alleen kan functioneren met goed personeel. De collega's die momenteel in Wormerveer werken, verhuizen mee naar de nieuwe fabriek in Port of Amsterdam. De collega's die momenteel werkzaam zijn in Rotterdam Maasvlakte worden overgenomen door de nieuwe eigenaar van onze fabriek Neste die in onze fabriek hernieuwbare brandstoffen gaat produceren.
De banen in onze fabriek zijn heel verschillend. We hebben receptionisten, onderhoudsmonteurs, en operators die de raffinaderij laten werken, maar we hebben ook een laboratorium en een proefkeuken waar kwaliteitsmedewerkers, uitvinders en productontwikkelaars werken.
Het verhuizen van een fabriek die in 100 jaar in stapjes is gebouwd is een enorm project. De voorbereidingen (ontwerpen, vergunningen en het aanvragen van voorzieningen) zijn al gestart in 2021 en duren nog heel 2022 voort (denk aan het bestellen van bouwmaterialen, ketels, tanks en pijpleidingen). De bouw zal begin 2023 van start gaan en bijna twee jaar in beslag nemen -als alles goed gaat; wij lezen ook regelmatig de nieuwsberichten over vertraagde projecten-. We hopen eind 2024 testruns te kunnen gaan draaien op de nieuwe systemen. Omdat het inregelen van een nieuwe fabriek heel complex is denken we dat we tenminste een half jaar bezig zullen zijn met het inregelen van de details en het oplossen van kinderziektes. Als alle systemen werken zoals het hoort, start het overhevelen van de 'echte' productie naar de nieuwe fabriek en schakelen we de systemen in Wormerveer en Rotterdam Maasvlakte in fases uit. Als dan in 2026 alle systemen in Wormerveer uitgeschakeld zijn trekken we officieel de deur achter ons dicht en wordt het terrein verkocht voor ontwikkeling voor bewoning. Dan zullen andere partijen starten met het afbreken van de tanks en de meeste gebouwen, wordt de grond eventueel gesaneerd, en start de gemeente met het herinrichten van het terrein.
Onder de tijdlijn die een grove tijdsindicatie geeft van de beoogde doorlooptijd, vind je ook een animatie van hoe het gebouw er uit zou kunnen gaan zien. Dit is een impressie, details zijn niet definitief.
Een eeuw geleden lag onze fabriek in Wormerveer in de weilanden aan de Zaan. Om Zaankanters te motiveren om in de fabriek te komen werken heeft de familie Laan (Bunge Loders Croklaan) woningen vlak naast de fabriek gebouwd voor haar werknemers. In de loop van de tijd is door de uitbreidende stad het weiland gevuld met woonwijken, en vandaag staat de fabriek op een plek die schuurt met de woonfunctie van de wijk die er zo dicht omheen staat. De huidige bewoners van de toenmalige werknemerswoningen hebben geen link meer met de fabriek, terwijl zij wel hinder kunnen ervaren van het industriële bedrijfsproces.
Zodra onze nieuwe fabriek in de Port of Amsterdam in gebruik genomen is, wordt het bestaande bedrijventerrein verkocht. De gemeente heeft besloten de industriële bestemming op te heffen en het terrein een woonfunctie te geven waar ruimte is voor enkele honderden woningen. Er zal volgens de regels van de gemeente een mix komen van koop- en huurwoningen om alle doelgroepen te bedienen en er zal plaats zijn voor winkelruimte voor kleine bedrijvigheid. De gemeente gaat deze plannen samen met de bouwers en bewoners vormgeven. Om een indruk te geven wat er mogelijk is, tonen we hier enkele schetsen. Meer informatie zal te zijner tijd via de gemeente Zaanstad worden gepubliceerd.
Let op: dit is nadrukkelijk een impressie van wat er mogelijk is, dit is geen vastomlijnd plan, ons bedrijf heeft geen inspraak in deze plannen.